Hallo allemaal,

n

Het is alweer een tijdje geleden dat we wat van ons hebben laten horen, dus het zal wel weer een redelijk lang verhaaltje worden ;-). De laatste keer waren we aangekomen in Gros Morne NP op Newfoundland. Daar hebben we overnacht in Rocky Harbour. De volgende dag (zaterdag) zijn we mooi op tijd opgestaan en hebben zoals gebruikelijk eerst lekker ontbeten. Na het ontbijt hebben we kaartjes gekocht voor de Western Brook Pond Tour, een boottocht door een fjord. Om bij het bootje te komen, moesten we eerst over een pad van 3km lopen. We waren mooi op tijd vertrokken en we waren erg op tijd bij de kade. In de buurt van de kade kon je nog een rondje lopen en dat hebben we gedaan om een beetje warm te blijven. Op dit pad worden weleens elanden gezien, maar behalve verse keutels hebben we ze niet gezien. Misschien dat ze ons wel hebben gezien vanuit de bosjes. Inmiddels was het tijd geworden om aan boord van het bootje te gaan. Er stond een flinke wind in het fjord, dus een muts en handschoenen waren niet overbodig. Het was een mooi tocht door het fjord, en we kwamen heel dicht langs de enorm hoge kliffen met hier en daar prachtige watervallen. Aan het einde van het fjord gingen twee mensen met volle bepakking van boord, zij gingen in het achterland hiken en kamperen om uiteindelijk via Gros Morne (de hoogste berg van het park, 808m) na 4 dagen weer terug te keren. Na ongeveer twee-en-een-half uur waren we weer terug aan de kade, waar warme koffie en chocolademelk op ons wachtten. Weer een beetje warm geworden, zijn we weer teruggelopen naar de auto. Al met al bleken we aan het einde van de dag iets meer dan 9km te hebben gelopen.

n

Het was inmiddels al tegen vijven en we wilden de nacht doorbrengen aan de andere kant van de baai, wat zeker nog 2 uur rijden was. Na een korte stop in Rocky Harbour zijn we om de baai heengereden naar Woody Point. Dit bleek een erg klein dorp te zijn, met lang niet zoveel overnachtingsmogelijkheden als Rocky Harbour. Met een gids van Newfoundland in de hand zijn we gestopt bij Blanchett House uit 1904, dus een vrij oud (maar mooi) huis. Er brandde geen licht, maar op het raam stond een bordje met ‘open’, dus we zijn eens aan de voordeur gaan voelen, maar deze leek op slot. Binnen stond de televisie wel aan en even later werd de deur opengedaan door Melanie, een gast. Ze vertelde me dat ik een nummer kon bellen om te vragen of er plek was. Hier werd niet opgenomen, maar terwijl ik nog even met Melanie aan het praten was, werd er teruggebeld. De dame die over het huis ging, Ruby, zou er aan komen. En toen zij er eenmaal was, hadden we de kamer snel geregeld. Ze heeft ons nog naar de laatste plek in het dorp geleid waar er nog eten te halen was, een soort snackbar. We hebben daar wat besteld en in het huis opgegeten. De man van Melanie, Rick, was nog opgebleven zodat hij nog met ons kon kletsen. Zij kwamen uit Ottawa waar elk jaar Nederlandse tulpen bloeien. Het was een leuk gesprek en voordat we het wisten was het echt al tijd om op bed te gaan.

n

Zondag

n

Na een korte nacht op een veel te kort en piepend en krrrrrakend bed werden we zondagmorgen wakker in dat prachtige oude huis. Ruby, de housekeeper, was beneden al ontbijt aan het maken. En dat rook overheerlijk dus we hebben ons snel klaargemaakt en zijn naar beneden gelopen. Melanie en Rick waren al aan het ontbijten. Voor ons maakte Rudy toast met gekookte eieren. En die waren heerlijk! Tijdens het ontbijt hebben we nog lekker met Melanie en Rick gepraat. Zij hadden de dag ervoor een hike gelopen en hadden daar elanden en caribou’s gezien. Rick kon ons precies vertellen waar op de route van de hike ze wat hadden gezien. Met de kaart op de keukentafel hebben we nog een redelijke tijd met elkaar gepraat. Met koffie, sinaasappelsap en warme toast.
Maar toen werd het toch echt weer tijd om de spullen te pakken. Snel naar de kamer en de boel weer bij elkaar gesprokkeld, de auto ingeladen en dar gingen we weer. We reden eerst naar het ‘Discovery Centre’ vlak in de buurt. We wilden nog een kaart met alle hikes er op van Gros Morne NP. Daar zagen we in de morgenzon dat de loofbomen al felgeel en felrood waren. Deze zuidkant van Gros Morne bleek een waar paradijs. Snel reden we naar de kust om daar een trail te gaan lopen. We hadden een lange hike op het oog, de Trout River Pond trail. Daar hadden Rick en Melanie het wildlife gespot en wij wilden ons geluk wel weer es beproeven. Dus hebben we de auto op een redelijk afgelegen parkeerplats gezet, pakten het hoognodige bij elkaar en daar gingen we.
Het eerste stuk was redelijk vlak over een vlakke weide met wat flonders maar daarna kwamen we in de bossen. En in die bossen, langs het enorme meer, ging het goed op en neer. Kilometer na kilometer liepen we zo over een smal, kronkelig en soms modderig bospaadje, heuvel op en heuvel af, Maar het was werkelijk prachtig. Er was helemaal niemand te bekennen en de natuur was zo mooi. We hoorden eekhoorntjes en verschillende vogels, klommen en klauterden over rotsen, riviertjes en kleine watervalletjes. Links de bossen, rechts het meer. Natuurlijk zijn we regelmatig even gestopt. Wat rusten, eten en drinken en bovenal genieten. Het weer was prima. Niet te warm of te koud en licht bewolkt. Na 4,5 km kwamen we uit de bossen en moesten we een flink stuk omhoog waar eigenlijk niks meer groeide. Alleen rotsen, kiezels en grind. Het leek wel of we op Mars rondliepen. De bossen waren verdwenen en nu keken we uit over de hellingen van de Tablelands. Een bizarre bergreeks waar de aarde naar buiten is gekomen. Rood-oranje gesteente en geen vegetatie te bekennen. Hier waaide het best hard. Bij het 6 kilometerbordje waren we op het hoogste punt aangekomen en hadden een fantastisch uitzicht over de graslanden in een verborgen vallei. Melanie en Rick hadden hier de elenaden gezien, maar voor ons waren ze er ff niet. Jammer maar helaas, niet dat we ons er erg druk om maakten, het was een geweldige plek om even heerlijk te genieten, wat te eten en te drinken en nogmaals te genieten. We konden nog verder tot 7,5 kilometer, maar zagen dat het al aan de late kant was en we moesten hetzelfde stuk nog terug lopen.
Na een half uurtje uitrusten zijn we maar weer begonnen aan de terugweg. Nu zagen we de route dus nogmaals maar vanaf de andere kant en zagen steeds weer nieuwe dingen. Na de kiezels en rotsen kwamen weer de waterstorompjes en daarna weer het gladde bospaadje. De zon brak af en toe door en dat zorgde voor vuurwerk in het woud. We hebben een paar felrode Maple Leafs meegenomen om ons aan deze hike te laten herinneren. Uitendelijk kwamen we weer bij de auto. Pijnlijke benen en voeten, een smerige broek en een enorme ervaring rijker. 12 kilometer gelopen in 6 uur. Poeh, de laatste anderhalve kilometer was echt afzien.

n

Bij de auto hebben we maar even uitgeblazen en onszelf een schouderklopje gegeven.

n

Moe maar voldaan zijn we weer verder gereden. Het begon al te schemeren maar we wilden nog wel een flink aantal kilometers rijden. De hike was een beetje uit de hand gelopen 😉 Maar het gaf ook een boel energie, we hebben die avond nog iets meer dan 300 km gereden en kwamen in het donker aan in Port-aux-Basques helemaal in het zuiden van Newfoundland. Nadat we een hotel hadden gevonden, het St. Christopher’s hotel wilden we nog een hapje eten. Het was inmiddels half 10 maar gelukkig was het restaurant van het hotel nog een half uurtje open. Daar hebben we nog heerlijk (en gezond!) gegeten. Leonie kip en paddenstoelen in een crepe met rijst en ik een stoofpotje van elandenvlees (mijn wraak omdat we geen elanden hebben gezien in Newfoundland) met aardappelpuree.

n

En toen maar naar de kamer.

n

Maandag

n

Vannacht heeft Leonie goed, maar ik een stuk minder goed geslapen. Maar dat maakt niet uit, we hebben vandaag alleen een boottocht ingepland. En zo’n dag kunnen we ook wel gebruioken na alle hikes en autoritten van de afgelopen dagen. Vandaag voeren we met de ferry van Port au Basgue in Newfoundland naar North Sydney in Nova Scotia. We moesten halverwege de ochtend klaar staan bij de boot en om half 12 vertrokken we. Het werd een lange saaie boottocht. Buiten regende het pijpenstelen en was het helemaal bewolkt. De boottocht duurde ongeveer 6 uur. We kwamen ook nog in een andere tijdzone terecht. Om 5 uur lokale tijd reden we van de boot Nova Sctia op en zijn meteen een stukje gaan rijden. We vonden een superleuk motelletje in St. Ann’s. Kamernummer 1 😉 En we hebben net heerlijk gegeten in een restaurant naast dit motel. Maar echt heerlijk. Leonie pasta en ik vers gevangen forel. Met VERSE groente!! Wat een tractatie na al die burgers en steaks. Al vinden we dat stiekum ook best lekker hoor. Nu gaan we maar slapen. Morgen willen we hier een boel gaan bekijken. Het motel ligt aan een baai van de Atlantische Oceaan; de St. Ann’s Bay en dat kan wel es mooi worden morgenochtend bij zonsopkomst. Ach we zien wel, alles is hier tenslotte mooi 😀

n

Tot later maar weer!
Liefs, Leonie en Edo-Jan

n

Gefeliciteerd, je hebt het einde van de pagina bereikt!

Heb je vragen of opmerkingen of wil je wat overleggen?

Help-Desk